61
Mijnbeer is een beetje uit bet veld geslagen door
den draai, dien de jonge dame aan 't gesprek geeft;
bij zegt gewichtig «ja! ja!" en daarna, dat 't tijd
voor hem wordt, waarop bij afscheid neemt en bij 't
buffet een vriend aanspreektwaaraan bij toevertrouwt
dat «die Coba S. (de jonge dame, die 't een beetje
te pakken bad) 'n machtig vervelend schepsel" is en
dat alleen bare financiën baar misschien «later" eens
bruikbaar maken kunnen als buisvrouw. Na deze
ontboezeming bestelt bij een glas bier en zegt tegen
zijn vriend: «Beroerd warm, bier, hè?" waarop
deze laconisch antwoordt: «Ja."
Iets verder op een canapé zitten twee dames op
leeftijd samen 't gemis van bun theeuurtje te bepraten
de eene beeft 't er wTel voor over, maar de andere
betreurt bet, tegelijk met de hoofdpijn, die ze als
onvermijdelijk beschouwt bij 'n opera-avondje. Een
jongmenschdat verlegen lachend op bet tweetal toe
komt, stoort bet interessante gesprek.
«Uag tante; dag mevrouw!" zegt bij, terwijl bij
tweemaal zijn warme band om beenige vingers legt
en met een kort rukje een handdruk namaakt.
«Hé jongen," verwondert tante zich, «boe kom jij
bier zoo?"
»'n Invitatie," legt 't jonge menscli uit, «een
jarige vriend
«Zoo," zegt tante, «heb je al wat gebruikt?"
vraagt ze, min of meer onbeleefd tegenover den jarigen
vriend. Maar die is er toch niet bij.
«Zeker," baast de neef zich te zeggen, «lekker:
Sorbet!"