69
Ridder Esperanza hoort van de tochten van Realiteit
en hij versterkt zijne veste met alle middelen, waar
over hij beschikken kan. En werkelijk, Realiteit
stoot het hoofd.
Toch brengt hij zijn tegenstander krachtige slagen
toe en maakt, wat niemand tot nu toe gelukt is,
groote bressen in den rotsmuur.
En scherp teekenen zich de bressen af tegen de
heldere lucht.
En nogmaals gaat Realiteit tot den aanval over;
grooter is thans het aantal zijner vazallenen met
ongekenden strijdlust stort zich dat heer, waarin wreed
heid een deugd en medelijden eene zwakte isop de
burcht van den jeugdigen Esperanza.
klaar de strijdmacht van den woestaard blijkt nog
te gering te zijn tegenover de krachtige verdediging
van zijnen tegenstander, die zelf eiken vijand brok voor
brok betwist van zijne zoo geliefde veste.
Wel wordt Realiteit teruggeslagenmaar hij heeft
niet geheel zonder succes gestredenwant grooter zijn
na den strijd de gaten in den muur.
En scherp teekenen zich de grootere gaten af tegen
de heldere lucht.
Maar overwonnen is Esperanza niet.
Eindelijk, eindelijk na langdurigen en onvermoeiden
strijd gelukt het Realiteit de muren te slechten van
de eens zoo trotsche en sterke burcht, en, wreed als
hij is, geeft hij ze aan het vuur prijs, niet gunnend,
dat één overblijfsel zal herinneren aan de vroegere
grootheid.