93 staren naar een mooien bergsteen, die met het voetje heen en weer wordt gerold. Louis buigt zich naar haar toe en drukt haar een innigen kus op het mondje,nu wordt hij niet tegengehouden. »Zie zoo, nu is het in orde, mijn scliatje, kom, nu gauw een hand en dan naar huis." Hand aan hand loopen ze den heuvel af in de richting van een groote villa, niet ver van de plaats, waar zij zich bevinden, op een anderen heuvel ge bouwd. De prachtige villa «Monte-Bello", gelegen in een der schoonste streken van den Salakis het eigen dom van de weduwe Palmers die er elk jaar, wanneer hare dochters Stella en Mary vacantie hebben, haar intrek neemt, om te genieten van het koele klimaat, de heerlijke berglucht, en andere genoegens, welke het bergland oplevert. Geregeld neemt zij dan haar neef Louis mee, die zoo dol veel houdt van «Monte- Bello" en van de zestienjarige Stella, wat het moeder oog niet ontgaan is. Een maand of acht ouder dan zijn nicht is hij evenals deze, in Batavia geboren en heeft daar een week geleden het examen voor de Cadettenschool met gunstigen uitslag afgelegd. Nu is het dan ook voor het laatst dat hij op «Monte-Bello" en bij Stella is, bij zijn «Sterretje", zooals hij haar pleegt te noemen. Reeds vroeg heeft hij een groote genegenheid opge vat voor dat mooie meisje; de jaren brachten geen verandering in hunne gevoelens en met volle teugen genoten zij van 's levens lente. Langzamerhand even wel zagen zij met angst den tijd naderen waarin zij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1902 | | pagina 243