2
bij de Koninklijke Militaire Academie in dienst werd
gesteld, is in dit opzicht al zeer vruchtbaar geweest.
Tot dat studiejaar behoorde ook de cadet voor het
wapen der Infanterie hier te lande Jacob, Thomas,
Theodoor, Garel van Dam van Isselt, die, den 8sten
Juni 1842 te Amersfoort geboren, op nauwelijks 15-
jarigen leeftijd, tot de Academie werd toegelaten.
Zoon van Mr. Jacob van Dam van Isselt, laatstelijk
President van de toenmalige Arrondissements-Rechtbank
te Amersfoort, was de jonge cadet de eerste van zijn
geslacht, die zijne toekomst geheel aan het Leger
wenschte te verbinden.
Wel had zijn oom Edmond, Willem van Dam van
Isselt, achtereenvolgens Lid van de Tweede-, en van
de Eerste Kamer der Staten-Generaalvier korte mili
taire periodes doorleefd, nl. van 1806 tot 1809 als
cadet-adspirant bij het wapen der artillerie, in garni
zoen te Amersfoort, in 1813, bij de bevrijding van
Nederland, als vrijwillig Tweede Luitenant bij het
lste Regiment Dragonders; in 1815 als vrijwillig Opper
wachtmeester bij de 5de Compagnie Jagers te paard;
en in 1831 als Majoor-Commandant van een vrijwilli
gerskorps de bekende Jagers van Van Dam doch
deze vier korte tijdperken uitgezonderd, was hij toch
nimmer beroepssoldaat geweestterwijl ook overigens
de mannelijke leden der familie zich meer aan het
bestuur van stad en land, dan aan dat van het leger,
meer ook aan Themis dan aan Bellona gewijd hadden.
Op den 22sten Juni 1861 werd de cadet-sergeant
Van Dam van Isselt benoemd tot Tweede Luitenant
bij het 3de Regiment Infanterie.