48
Het werd opgericht uit vrijwillige bijdragen van
officieren en oud-officieren van het leger hier te lande
en dat in de overzeesche bezittingen en van andere
vereerders. De onthulling werd bijgewoond door vele
militaire autoriteiten, een deputatie cadetten en een
groote menigte belangstellenden. De luitenant-generaal
Knoop hield daarbij een zeer welsprekende rede
opgenomen in den Militairen Spectator van 1867, en
eindigende met de indrukwekkende woorden: »De
mensch gaat voorbijmaar de roem blijft".
De tweede is de plaatsing van de reliefportretten van
Seelig en Delprat in twee huizen op de naar hen ge
noemde singels te Breda. Nog te kort geleden is dit
echter beschreven (zie Cadetten-Almanak 1900), en
daarom willen wij hier volstaan met een eenvoudige
vermelding van het feit, en een verwijzing naar het
genoemde stuk.
Uit den aard der zaak zal men niet verwacht hebben
hier een volledige levensbeschrijving van den Generaal
Seelig te vinden, noch kan men een juiste erkenning
vergen van al wat deze opperofficier voor de Academie
geweest is. Wanneer ik echter U een klein denkbeeld
daarvan heb gegevenzal ik mijn moeite ruimschoots
beloond achten.
v. G.