OPVATTING. ft Arme moeder, moest uw zoontje Reeds zoo vroeg ten grave gaan, ft Mocht hij slechts een zestal jaren ftWand'len op zijn levensbaan? Maar U rest nu nog een meisje ft Sterk en blozend, goed gezond!" Ach, alsof er voor de moeder Waarin ook, nog troost bestond! ftMoeder", vraagt het kleine meisje, Mag ik Guusje's sponzendoos? En zijn griffels en zijn leitje «En zijn moeder, is u boos?" Neen, lief kind, maar al die dingen ft Krijg je niet van Guusje, hoor! Ik bewaar ze als herinn'ring, nAan het kind, dat ik verloor."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1903 | | pagina 198