85 beide van de Koninklijke Militaire Academie, zijn we bijzonder erkentelijk voor hunne voortdurende zorgen, als Commissie van Toezicht, bij het totstand brengen van den Almanak. Laatstgenoemden, die verleden jaarhet verslag over de feesten schreefbovendien voor zijn artikel van blijvende waardeDe Schilderijen eu Portretten aan de Kon. Mil. Academie." Eindelijk, en «last not least", danken wij onze kameradenwier kunstzin den Almanak hielp vullen met poëzieproza en teekeningen en ons in staat stelde, 't geheel te omkleeden met een nieuwen, modernen stempelband, waarover in het Voorwoord uitvoeriger is uitgewijd. Wat de teekeningen betrefthulde den Cadet der Genie Ch. P. Schoemaker, die zoovele der verzen met een waar talent illustreerde en hierdoor aan den Almanak eene nieuwe behoorlijkheid verleende. Als we een blik werpen op de aangenomen stukken, moeten we bekennendat ze quantitatief en qualitief hooger staan, dan we aanvankelijk konden hopen. Misschien zullen enkelen misnoegd zijnals ze be merken dat meer dan de helft van de mengelwerk nummers in de vreemde talen zijn geschrevenmaar ze behooren niet tot de slechtste. Zelfs is met alge- meene stemmen door de Redactie aan een dezer, den lauwerkrans toegekend en wel aan «Crépuscule van den Cadet der Cavalerie, A. N. S. W. L. Coblijn, een gedicht, dat ons aller lof volkomen heeft verdiend. Waar hij den vorigen Almanak verrijkte met een bijzonder mooi stukje prozaklinkend van kracht en energie«Ave Caesar!", heeft hi] met «Crepuscule onze verwachtingen niet teleurgesteld.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1905 | | pagina 223