CXXXIV te zijn een trouw en goed kameraad bij zijn tijdge- nooten steeds te handhaven, terwijl Hij aan hen, die het voorrecht hadden, onder Zijne bevelen te dienen, zich immer deed kennen als een chef met een ernstige dienstopvatting, maar tevens met een aangenaam, gelijk matig humeur welwillend humaan vriendelijk en hulpvaardig. Moge onderstaand overzicht strekkenom te doen zienwat er in het militaire met een goed verstand, gepaard aan een edel, flink en degelijk karakter, door ijver, toewijding en nauwgezette plichtsbetrachting te bereiken is. 5 Sept. 1860 Cadet bij de K. M. A. voor het Wapen der Genie h. t. 1. 1 Sept. 1863 Cadet-Sergeant. 27 Juni 1864 Tweede Luitenant bij het Korps Ingenieurs, Mineurs en Sappeurs. 27 Juni 1866 Eerste Luitenant. 1 Nov. 1869 Gedetacheerd bij de Stafschool. 15 Mei 1873 Van voormelde detacheering ont heven. 28 Jan. 1874 Kapitein. 1 Dec. 1877 Overgeplaatst bij den Generalen Staf. 10 1877 Adjunct Chef van den Staf en wnd. Adjudant van den Comman dant der 2de Divisie Infanterie. 1 April 1881 Eervol ontheven van voormelde functiën. Toegevoegd aan den Directeur der Militaire Verken-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 140