25 en parfumsbang voor de grauwe wanhoop van den koelen, klaren dag. De Place Brouckère ligt effen-grauw open vóór ons. De fonteinen om de statue van AnspachBrussels grooten maire, ruischen klagend in de stilte. In be schutte hoekjes langs de randen van het bassin hurken arme schooiersineengekrompenslapend met open oogende hoofden rustend tegen den harden steen. De Apaches van het nachtelijke BrusselVagebonden die moeten leven van wat de groote stad hen toewerpt nu onder den ernst van den nacht verslonken tot voorwerpen van groote deernis. Het duister geeft aan die in-eengeschrompelde wezens, stukken vleesch, ge wikkeld in wat lompen, een stille tragiek. We staan daar niet meer vijandig tegenover, maar devoot, beschaamd! Wij, die gaan rusten in zachte, lauwe bedden en kunnen eten of drinken naar een gril. Ik dacht aan de woorden van Jezus: «Aanzie de vogelen des velds, zij zaaien niet en maaien niet, en toch" 0, ironie van zoo'n woord, als je dan om je heen ziet, hoe de nooddruft der menschen samenkruipt, schuw op kille pleinen en straten en zich stapelt in den droeven nacht tot bergen van wee! V. Door het zilver-violette licht der suizende electrische lampen fel-omschenenhet gelaat bleek, heet-bleek, de oogen donker, lachend, de vlugge voeten en de fijne enkels bewegend in den rooden brand der voetlichten pp daarboven het lichaam, soupel, heup-wiegend,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 203