53 Mevrouw. Laat hem liever naar een eerlijke betrek king uitzien. Hij moest zich schamen zijn broer al bijna officier Annie. Hoe lang blijft Wouter nu? Mevrouw. Morgen-avond moet hij weer weg. Annie. Zou hij nu eens eindelijk voor den laatsten en eersten keer, zijn verlof thuis doorbrengen? Mevrouw. Ja, waar hij toch altijd zijn verloftijd doorbracht Annie. Hij was nooit eens één dag achtereen thuis. En ik geloof niet, dat hij een fuiftjpe is. Mevrouw. {Streng). Annie, hoe kom je aan dat woord Annie. WelWouter heeft 't mij zelf geleerd. Mevrouw. {Ontwapend). Zoo. In alle geval, hoe kun je 't van hem denken Annie. Ach, mama, ik zeg immers dat ik niet geloof, dat hij 'tis. Mevrouw. Hij bracht natuurlijk zijn tijd bij zijn collega's door. Annie. Niets aardig van die vriendjes dan, dat ze zoo beslag op hem legden. Mevrouw. Ja, dat ze nooit begrepen, dat wij Wouter ook eens zoo'n dag graag bij ons hebben. Annie. En weet u wat ik ook denk, ma? Hij zal zoo zachtjes aan een meisje ontmoet hebbenwaar hij op verliefd is geworden. Hij zegt wel nietsmaar wijzusterszien o zoo gauwof we verliefde broers hebben. Ik geloof zeker, dat hij al lang met trouw plannen rondloopt. Laat hem maar loopen Mevrouw. Dat geloof ik nu niet, want dan zou hij 't mij wel verteld hebbep.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 231