55 Annie. Integendeel mama. Moet ik hem eigenlijk niet zeer dankbaar zijn? Mevrouw. Wat ehHoe bedoel je? Annie. Iets treurig glimlachend). Ja, kijk me nu maar gerust met groote oogen aan. Hoe zou Wouter iets gedaan kunnen hebbennietwaarvoor zijn zuster, is het niet, maatje, waar zij hem zeer dankbaar voor is? Mevrouw. Nueh, kan het dan niet zijn, dat ik er totaal niets van af weet? Annie. O, u wou zeggen, iets, dat Wouter beter geoordeeld heeft om 't voor u te verzwijgen, niet waar? Mevrouw. Ja juist. Iets, dat je voor je beiden hebt gehouden op Wouters aanraden. Annie. Neenmama't is open en bloot gebeurd. En ik ben er nu Wouter dankbaar voor. Ik ben er hem dankbaar voordat hij zich niet met mij bemoeide op het eerste bal, mij aan geen zijner collega's heeft voorgesteld, dat hij zijn verloven buitenshuis heeft doorgebracht, zoodat geen cadet hier aan huis kwam, en ik dus de kans om voorgesteld te worden ook hier mis liep evenzeer als op de wandeling, of in de opera, etc., daar hij geen een keer met zijn zuster is uitgeweest. Daardoor kreeg ik geen kennis onder zijn collega's, maar leerde ik Oscar van Steen kennen, wiens liefde mij nu overgelukkig maakt. Ziedaar, waarom ik Wouter dankbaar ben. Zonder dat gedrag van Wouter had ik Oscar nooit leeren kennen. Mevrouw. Maar dan zou ik zoo zeggenAnnie, dat je ondankbaar bent tegen Aarnout. Annie. U wou zeggen, dat ik door Aarnout in kennis gekomen ben met Oscar, niet waar?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 233