Nacht-visioenen v. K. Zwoel zwelt een zuchtje uit 't zoele Zuiden, Koel en heel stil daalt de donzige nacht. Duidelijk klinken de nacht-geluiden De sterren blauwen zoo zachtzoo zacht En rusteloos ritselen ruischend de twijgen, Zij fluisteren zachtkens een klagende klacht. De hoornen, ze droomen en wuiven en nijgen, En zuchten weemoedig: 't is nacht. 't is nacht Dan stijgen uit twijgen en hagen en hoornen Gestalten gehuld in mysterische pracht. Dan rijzen de beelden in eind'looze stroomen, En stapelen zich op met ontoombare kracht. Dan doemen visioenen in rythmische zangen Bij 't schuifelendruischend gebruisch Van den nacht, En boven, heel ver van dat nachte verlangen Blauwen de sterren zoo zachtzoo zacht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 251