93 namiddag-vrede van het stadje. Bitter schrijnde het door hem heen de gedachte: hoe alles, je teerste ontroeringen, je innigste geluk kan vervliegen als ijle droomen in de rustlooze vlucht van den tijd, hoe het verleden overal, altijd, eigenlijk niets meer is dan een ruïne, een donker graf waarin al je hoop, al je groote verlangens zijn verzonken. En waaruit ze nooit meer opstaan, nooit! Toen Henk dien avond in de suizende stilte van de kamer zat te werkendacht hij nog lang aan Mathilde. Maar ook z'n hartstocht voor Annie barstte weer in hem open; wild lokte de verleiding, dringend, on weerstaanbaar vóórt, vóórt! Maar de dagen kwamen en vergingenrusteloos en behalve nu en dan een korte opvlamming van zijn begeerten, vervloeide zijn leven in effen verlangelooze stemming als langs zacht-zilvren lijn. 't Voorjaar kwam in de luchten zweefde al de eerste teederheid van de lente, en het waasde over de landen in zachte groene en blauwe tinten. De hemel stond sereen, gespannen uit het zachtste blauw, doorzilverd van blank-schuchter zonnelicht. Er gingen diepe huiveriijgen van verlangen over de werelddoor de zwoele luchteneen vreugde een zwellende begeerte naar het volle, rijke, jonge leven, dat aanwoei met de zoele winden door al de blauwe dagen heen. En Henk voelde langzaam een andere lente open bloesemen in zijn gemoed. Als hij na dagen van ingespannen werk in den weeken schemer van een zacht-zinnigen lente-avond eenzaam liep langs een stillen weg, beefden er zwoele teederheden door z'n vleesch.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 271