91 verder, dieper! O, als 't zoo was, liet hij dan maar komen, gauw, gauw, want zij verlangde zoo naar hem. «Henk, Henk," zei ze zachtjes voor zich uit, en ze liefkoosde z'n naam, ze sprak met hem, en fluisterde aldoor dat woordje «Henk", omdat ze anders niets kon zeggen van ontroering. Maar als hij dan kwam, werd ze op eens stil en koel, hard soms, uit angst, dat zij iets van haar emotie zou verraden. En ze wilde niet, dat hij wist hoeveel ze van hem hieldze wildedat hij zelf kwam en haar smeekte, haar dwong, haar nam, met het geweld van z'n sterke armen. Zij verlangde zoo, dat hij uit zou barsten eensen haar jubelen en snikken van z'n liefde, haar in-eens overstorten met zijn hartstocht. Zij dacht aan haar romanheldenzij droomde zich een Romeowaarmee ze recht den hoogsten hemel van 't geluk zou ingaan. Mathilde kende het naakte, koele leven nog te weinig, om te weten, dat zoo iets alleen in boeken gebeurt. Zij vermoedde niet dat het hevigste, het hoogste dikwijls heel eenvoudig over je komt, heel gewoon en kalm. Zoodat je zelf niet weet of het nu gekomen is of nietdat waarnaar je zoo hevig had verlangd, waar al je gedachten boordevol van waren. En zij wist ook nog niet, dat 't geluk zoo droef is in den grond, zoo kort en wrak, en-vèr, vèr beneden je droomen. Een zoele middag op 't eind van April. Henk was Mathilde komen afhalen voor een tochtje per fiets naar D. Zij reden langs den breeden weg, licht- overschaduwd door het teere groen der boomenaan weerszijden het vlakkeeffen land. De lucht stroomde 7

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 275