130 brengen. Heeft hij den burnoe over den armdan liangl hij dezen om de schouderszet het kepi op en zegtin de spiegel ziende:) Neen, toch geen tronie voor! (Als hij een en ander over den arm legt, wordt er geklopt; Manus zegt geaffecteerd den luitenant nadoende Ja juffrouw, komt U maar binnen. (Berger op; als Manus B. ziet, schrikt hij.) BergerOppasseris de luitenant thuisik zie hij is niet op zijn kamer. Mams: (in de houdingJawel luitent, tenminste meneer was zoo pas nog hier, maar als de luitent meneer gesproken zou willen hebben, zal ik meneer effen waarschuwen. (Af links, na geklopt te hebben.) Van Redik: (Komt op, de tressen van zijn atlila dichtmakend.) Bonjour Herman, hoe gaat 't sinds van morgen Ik was juist bezig me te kleeden voor vanmiddag. Je derangeert me absoluut niet hoor. Ga zitten zeg. Toch geen zwarigheden hè toch niet verliefd kameraad. Rooken, sigaar of sigaret. Berger: Merci, ik zal niet rooken. Van RedikEn wat drink je Sherry, Port, Madeira Voor een bittertje is 't dunkt me nog wat vroeg. Berger: Heel graag een glas port. Van Redik: Manus! (Op.) Manus krijg eens even een karaf port met twee glazen. Tot Berger.) Ik vind 't gezellig, dat je zoo eens bij me op komt loopen; (lachend) toch jammer, datje drukke bezigheden als pelotons-commandant, offi-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1906 | | pagina 308