28 «Hij zoo iets vertellen! Ja, en nu vertelt ie nog al veel van z'n doen en laten aan u!", merkte Toetie bits tegen haar moeder op. «Begin je weer, Toetie? Wat ben je toch altijd kibbelig over hem uitgevallen. Ik heb je zoo dikwijls al gezegd, dat je niet op dien toon over hem spreekt Ilij is oud genoeg, om te weten, wat hij aan mij te zeggen heeft of niet!" «0, natuurlijk, hij is uw lieveling!" De moeder keek in het spionnetje, maar nog steeds was er niets van Wouter, haar lieveling, te zien. Na een stilte begon Toetie weer «Hij houdt het vandaag anders al bijzonder lang uit. Dat zal ie heusch niet doen wanneer ie met zijn zuster uit is!" Annie, heb je voor zijn thee gezorgd en zijn er nog koekjes in huis?" vroeg Mevrouw Mathéo. «De thee is al lang getrokken, Ma, en daar straks heb ik wat gebakjes voor 'm meegebracht." «Je bent een lieve meid, Annie," klonk de moeder lijke liefkozing. «Is zijn eene sabelkwast al in orde? Ik hoorde 't 'm vanmorgen aan je vragen." «0, die draagt ie alweer. Ik heb ook z'n buiten model wat opgepoetst en z'n koppelplaat. Want als dat alles aan hem moest worden overgelatendan zou die op 't laatst groen over straat loopen." Zij was de goede fee in huisdie zorgdedat eiken morgen van het verlof zijn uniform, altijd blinkenden gepoetst, over de leuning van den stoel hing op zijn kamertje. Maar dat hij het nooit merkte Niet, dat zij er hem graag naar wilde hooren vragen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1907 | | pagina 228