u «Vier jaren, Wouter. O, het schijnt mij nu een droom, een korte bange droom, mijn kind, en niets meer. 't Is mij alleen, alsof je dien korten tijd, heel, heel ver van mij af geweest bent." «Maar dat was ik ook, ik was nooit bij u thuis, Mama «Stil, Wouter, stil, dat is voorbij, laat dat nu rusten «Neen, niet laten rusten, Mama. Ik wil van nu af aan alles aan u toevertrouwen. En er is veel, ont zettend veel gebeurd, dat u niet weet!" En Wouter vertelde alles, het laatst van zijn liefde voor Lily en wat zij van hem geëischt had. Het was hem bij het uitspreken van haar naam alsof het beschermwoord van het gekomen geluk in het huis werd geuit. En in het dankbaar moeder hart was het meisje reeds in de innigste liefde opge nomen. Wouter bracht den avond voor het eerst thuis door; voor het eerst leefde hij in de fijne smaking van het huiselijk geluk, waarvan de heerlijke bedwel ming zachtkens zijn afgetobde zinnen in een ongekende rust wiegden. Het zachte gemoed van Annie bloeide in hoogen vrede: Wouter behoorde weer tot de zijnen. Ook Toetie was gelukkig: vhaar bitsheid kon geen stand houden tegenover Wouter. De drie kleintjes alleen beseften nog niet, wat gebeurd was. Alleen, zij vonden Wouter heel, heel anders dan gewoonlijk hij was lief voor hen en vooral tegen mama. En zij verloren hun bangheid voor hem.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1907 | | pagina 234