Aan een meisje
Zóóals een stille, bleeke bloem
In d'avond staat te droomen
Als rond den vijver in het bosch
De blonde nimfen komen
En ernstig, in het dol gedoe
Dier slanke blanke lijven
Haar wit gelaat zoo marmerbleek
En onberoerd doet blijven.
Zooals die stillebleeke bloem
Blijf jij in m'n gedachten,
Als ééndie 't leven had geleefd
En 't niet meer tegenlachte.
Zooals een bleekeblanke bloem
Die stille staat te droomen
Zoo zie 'k je ied'ren langen nacht
Weer voor m'n oogen komen.
2. '06.