il2 Links de schoorsteen met spiegel. Achter in den rechterhoek op zij een deur, die van den toeschouwer af half geopend staat. Het is in een vroegen zomermorgen. Schaduw in de salonin de serre rozig licht. Als het scherm opgaat, moet de toeschouwer gedurende eenigen tijd onder den indruk komen van den beginnenden dag. Nelly (komt de salon binnen en sluit de deur weer achter zich. Voor den spiegel blijft zij een oogenblik haar coiffure wat opschikken en plooit iets aan haar négligé, vervolgens gaat zij langzaam naar de serre. Een sombere en peinzende uitdrukking in haar oogen; haar houding in de hoogste male kwijnend en lusteloos. Herinneringsvol staart zij naar buiten). Een nieuwe morgen (een oogeriblik van stilte) 'k Had de bloemen en Het leven lief. En overal was blijde Toovering en schitt'ring met de zon. Er klonk Een blijde sprokelach in ied'ren zonne straal. Ik werd niet moe, te spelen met het licht, Dat tint'ling bracht en dolle vroolijkheid Aan 't leven om mij heen. Ik was gelukkig! (na een oogenblik, waarin haar gedachten zich in het verleden vermei mop smartelijken toon)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1907 | | pagina 312