78
onbegrepen pijn over die arme, jonge eenzaamheid.
Ze keek hem aan.
«Dus u heeft ook nooit die wondere lijn van den
kleinen Johannis kunnen zien? Dan heeft u 'took nooit
volkomen kunnen begrijpen, hoe Windekind hem
bidden heeft geleerd."
Opnieuw kwam die vlugge lach om z'n mond.
«Toch wel! Dat bidden kun je overal leeren, waar
het mooi en stil is. En als je maar voelen kunt het
goddelijke van de natuur. Daarvoor heb je de zee
niet noodigHeeft u dan hier 's avonds nooit innig
leeren bidden Als u in de verte de hei zag achter
de korenvelden"?
«Nee, nooit op die manier."
«Ik wtl! Tenminste, ik kan niet gelooven, dat ik
het daarginds met meer'warmte zou kunnen doen."
«En wat bidt u dan eigenlijk wel?"
Hij hief z'n hoofd opkeek haar diep in de oogen
Toen schoof hij z'n hoed naar achteren en streek even
langs z'n voorhoofd.
«Dat kan bijna niet gezegd worden! Wanneer je
's avonds alles rustig ziet worden, heel kalm voelt slapen
gaankomt er in je ziel het onbewuste gebed van dank.
Dan zul je nooit iets vragen, maar altijd danken,
hoe weinig je ook bezit en hoeveel je toch te wenschen
hebt. Maar 't is dan of je je voelt vlak bij het
goddelijkeals of er iemand bij je is, die je troostend
op je schouder klopt en je zoo innig droef en mee
warig aanziet. En die dan tot je zegt: «Houdt vol
m'n jongen, 'tis wel allemaal leed, maar ik kan het
niet anders voor je maken. Ik doe er zoo vaak m'n