Klaverblad van vier. I. Eens koesterde zij met haar liefde den blonden, blozenden knaap. Eens vouwde zij teeder zijn handjes en wiegde en zong hem in slaap. Het kereltje leerde al loopen. Trotsch telde een vader zijn tred. Het jeugdige ouderpaar lachte om 'tjongske, dat gierde van pret. Eerst is de vader gestorven, toen moeder, op éénen dag. Vroeg ligt op de lipjes bestorven klein kereltjes luide lach.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1908 | | pagina 285