63
ik verlangde niet meer naar Holland terug! Binnen
een maand was ik al verliefd op de dochter van een
planter, die in broederlijke vereeniging met z'n whiskey-
flesch een klein millioentje bij elkaar bad gebracht.
Hoè, dat doet er minder toe, de hoofdzaak was toch
de duiten! Z'n dochter was werkelijk een beauty
daar, een wonder-mooi kindje. En ze hield ook van
me; waaracht;g, ze hield van me. God kerels, wat
leek me het leven toen lief en fluweelig!
't Ging een heele maand goed. Rozengeur, mane
schijn, kleine geparfumeerde briefjes, de gewone ge
schiedenis en al de soesah van een normale verliefdheid.
Tot op een goeien dag een ouwe, rijke sloeber zin
kreeg in het lieve, blanke kindje, met papa als Dritte
im Bunde de buikige whiskeyflesch zoo'n klein kon-
traktje maakte zooveel tonnen voor je dochter
en de heele perkara was in twee dagen klaar. Geen
rozengeur meer, geen maneschijn't keurige kontraktje
bedierf den boel.
Natuurlijk trouwden ze gauw en even natuurlijk had
ik genoeg van 't lieve leventje. Toen raadde me een
kameraaddie kassian met me hadom een huis
houdster te nemeneen kindje van 't land. Dat was
de beste medicijn voor zulke kwalen!
Tegenwoordig mag dat niet meer. Enfin, ik maakte
er gebruik van en schafte me een Adinda aan.
Met wat money en een paar blinkende lievigheidjes
kom je al een heel eind
Of ze mooi was, weet ik niet goed. Ze zorgde
voor m'n bullen, kookte lekker: 't zaakje marcheerde
prachtig.