64
En 't gekste was ik ging van haar houden
Niet, zooals ik van m'n blanke, zoete kindje had
gehouden, maar heel kalm en gemoedelijk; er was iets
in haar, dat me troostte, iets intiems en weldadigs.
Ik hield van haar, zooals ik me voorstel, dat je houdt
van je vrouw, als je een jaar of tien getrouwd bent.
Als 't jonge er af isen 't toch nog niet sleuren gaat
naar ouderdom
Zóó hield ik van dat kindje. En m'n Adinda hield
van mij. Hoe, dat weet ik niet precies. Je spreekt
met zoo'n meisje niet als met je liefste in het witte
land! 't Is daar ginds een innerlijke gevoelskwestie.
En voorts ook louter lichamelijke zinnelijkheid.
Ik weet alleen, dat ze, om bij mij te blijven, twee
huwelijksaanzoeken van blauwe broeders afsloeg, die
een aardig zaakje hielden en waar ze haar nasi en
sambals op tijd en naar behooren zou gekregen hebben.
Zij bleef bij mij. Nog een heel jaar lang in die
kampoeng. Want ik had overplaatsing aangevraagd
naar één of andere benting in het binnenland.
Als je ouder wordtlach je wel om liefdes-smart
en liefdes-wanhoopvooral als je er over denkt in de
rookkringels van een goede sigaar en met den prikkel
van gouden cognac in je lichaam. Maar als je nog
jong bent en ze gooien je daar pardoes de glazen in
van het huisje van je liefde dan ga je er vandoor,
naar de eenzaamheid, de wildernis, de rimboe. En
je klaagt je leed aan de sterren. Op den duur slijt
het dan bij de meesten en ze kunnen met wat meer
voorzichtigheid opnieuw beginnen.
Dus Adinda bleef bij me. En ik zou haar niet
graag gemist hebben toen.