93 machtig, je sust je geweten doezelig en onbewust in slaap met ijdele beloften en hoop voor een volgende keer, je nestelt je knusjes tegen den muur en dom melt dommeltheel langzaam weg En je gaat droomen van andere tactiek en andere helden als de generaal Langlois en de nooit-volprezen Balckdie altijd in de contramineook altijd een nieuw en lastig punt met onnavolgbaar geduld aanvoert Je droomt Een witte, smetteloos witte sneeuwvlakte. Heel in de verte pijnbosschen onder een dik-wollenwitten vacht. Een heuvelbrug, die langzaam opglooit tegen den strak-gespannenijl-blauwe winterlucht, waaruit het vroolijk zonnegoud neervalt. Hier en daar wat dof-bruine huisjesneergedrukt onder 't zware sneeuw- dak. Een mooie, witte winterdag. Danaf en toe, heel uit de verte nog, een flauw gerommelvaag en toch dreigend een ge rommel dat nader en nader komten waaruit soms opeens dof en hard een scherpe knal opgaat of een kort geknetter. Maar de wijdewitte sneeuwvlakte ligt nog eenzaam en stil. Plotseling, helder en duidelijk tegen de schitte rende, lichte winterlucht, staat op den heuvel een kleine, zwarte figuur. Alleen en doodstil staat hij als in diep, ernstig nadenken. En langzaam komen meer kleine figuurtjes rond hem, loopen heen en weer, bewegen hun handen,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1909 | | pagina 259