12
Nu en dan kregen we brieven van het jonge paartje.
Een visioen van rozengeur en maneschijn tooverden
deze brieven me altijd voor den geest.
Toen op eens een nieuw evenement: op een morgen
lag in plaats van tante's wekelijkschen brief een telegram
naast mijn bord: «Overkomst noodzakelijk Dr. Grafdijk"
was alles wat er op stond.
In minder dan geen tijd boemelde en hortte ik naar
tante. Alles was gesloten bij haar, evenals bij baren
buur Dommelhuizen.
Ik bereidde me op het ergste voor. Ik zag in mijn
verbeelding tante reeds wasbleek op een divan liggen,
met den treurenden Dommelhuizen naast haar ge-
knielend treurend om dezen bloesem afgerukt in de
Lente baars levens.
Toen ik binnenkwam bleek gelukkig alles overdre
ven. Tante lag op een divangesteund door een
half dozijn kussens, een sterke eau-de-cologne geur
vermengd met migrainestift en Hofïmansdruppels sloeg
me wel tegemoetdoch de treurende Dommelhuizen
ontbrak.
Bij mijn komst verdween de medicus. Tante kon
geen woord uitbrengensprakeloos wees ze op een
geopenden brief op tafel. Daarop stond in groote
letters
«Dat je je een keer liet voor den gek houden was
dom, voor den tweeden keer was het echter niet snugger".
Hortend en stootend vertelde tante dat de schilder
uit haar jeugd en de heer Dommelhuizen alleen in naam en
leeftijd verschilden, het laatste kwam door het ver-
loopen aantal jaren, het eerste had hij zelf veranderd.
Hij had zeker vernomen dat tante hare schaapjes