XIV
L. F. T. Vogel, (20), Kapitein der Infanterie, voor de
algemeene tactiek, de strategie en de krijgsgeschiedenis,
het reglement van krijgstucht, militair strafrecht,
de oorlogsgebruikende militaire aardrijkskunde
het theoretisch en practisch onderricht in den veld
dienst, zoomede voor het lijn* en topographisch
teekenen voor de cadetten der infanterie en der
cavalerie.
(Geeft les in de belegeringsoefeningen en tactische
oefeningen op de kaart en militaire aardrijkskunde).
D. R. Buma, (15), Ritmeester der Huzaren, voor het
gedeelte der tactiek, meer in het bijzonder betrekking
hebbende op de cavalerie, de reglementen, de
exercitiën en bijzondere oefeningen voor dat wapen
de rij- en africhtingskunst, de paardenkennis en
het paardrijden.
(Geeft les in paardrijdencavalerie-tactiek en rij
en africhtingskunst).
H. J. A. Feber, (20), Kapitein der Artillerie, voor de
artillerie-wetenschap in haren vollen omvang, de
daarmede verband houdende theoretische en practische
oefeningen en het maken van de daarop betrekking
hebbende teekeningenbenevens het topographisch
teekenen voor de cadetten der artillerie.
(Geeft les in artillerie-wetenschap).
T. Bodenhausen, (15), Kapitein der Genievoor de
genie-wetenschap in haren vollen omvang daar
onder de geodesie, zoomede het landmeten en water
passen begrepen de daarmede verband houdende
theoretische en practische oefeningen en het maken
van de daarop betrekking hebbende teekeningen