LEVENSHERINNERING.
(Dichtung und Wahrheit.)
't Is het concert der Koninklijke Zangvereeniging
»C
Men ziet het dadelijk aan de volle zaal, de keurige
toiletten der dames, aan de kunstkenners en muziek
minnaars dat hier hedenavond een kunstgenot gesmaakt
zal worden, zooals slechts deze zangvereeniging ons
geven kan.
Ook zij is hier aanwezig!
Vreemd is haar die wereld met al dat geschitter en
geflonkerdat gepraat en geroesdie mondaineniets
zeggende gesprekken, waarvan ze telkens weer ge
deelten opvangt. Wee is ze van al die zoete, toch-
niet-gemeende complimenten; niet in ernst gezegd
niet in ernst ontvangen.
Maar waarom is ze dan hier?
Omdat hij hier altijd kwam, hij, de muzieklief
hebber, de musicus.
't Is reeds twee jaren geledendat ze uit Indië is
teruggekeerd, uit dat land van onaangename herinne
ringen en toch weer 't land waar ze haar gelukkigsten
tijd heeft gehad. Daar heeft ze hem leeren kennen
en is met hem getrouwd! Twee jaren, twee dagen