ÖLXXVI
Algemeene order
voor het
Indische Leger.
1902 N°. 32.
Vaststelling van een mobilisatie-uitrusting voor
officieren van het Indische Leger.
Aan het Leger worden bekend gemaakt de onder-
volgende bepalingen betreffende de mobilisatie
uitrusting van officieren.
t- Alle officierentot liet Leger te velde
behoorende, zijn in dienst gekleed in marschtenue
zonder sjerp en giberne.
2. Alle officierenzonder uitzondering, moeten
reeds in tijd van vrede voorzien zijn van:
1 revolveringericht tot het gebruik van munitie
van model, met toebehooren;
1 veldflesch;
1 horloge;
1 zakkompas;
1 telegramboekje;
1 notitieboekje;
potlooden(w. o. roodblauw en groen) en 1
koffer;
de bereden-officieren als hoedanig zijn aan te
merken alle officieren voor welke in de „Oorlogs-
organisatiën" één of meer dienstpaarden zijn
uitgetrokkenbovendien van 1 kaartentasch
de onbereden-officieren bovendien van 1 veldtasch.