NOCTURNO De jonge vrouw en de oude dienaar stonden op twee pas verspreid aan den uitersten rand van liet terras. Beiden bespiedden ze nauwlettend het voor terrein en hielden daarbij het hoofd onbewegelijk, zonder den hals te bedekken. Plotseling maakte de jonge vrouw een samen gestelde beweging, en vroeg duidelijkbondig doch zoo volledig mogelijk, aan den ouden dienaar, die nog steeds onbewegelijk stond en de hielen aan elkaar had gesloten, zoover de gestalte van den man het gedoogde „Kunt ge iets ontdekken in het park? Misschien in de richting van de bloemkool? Deze weg leidt naar den boschwachter; in het oosten (ge hebt U goed georiënteerd, niet waar?) in het oosten hebben we den vijver met de drie zwaantjes een hindernis van beteekenis dus; in het westen treffen we het speelhuis aanDit zijn wel de voornaamste terreinvoorwerpen. Indien ge nu iets kunt ontdekkenmoet ge me dit onverwijld mede- deelen. Ge weet, dat ge hier louter tot waar neming zijt opgesteld, 't Is U bekend, waarheen ge de berichten zenden moet

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1911 | | pagina 208