11 „Zekerlijk", sprak de oude dienaar en tuurde door den kijker; „ik heb mijn kijkertje op nul gesteld en zie nu, samenvallend met het snijpunt der kruisdraden, het duidelijk beeld van een mannelijk persoon Hij marcheert hier recht op aan; blijkbaar met het kennelijk doel, zonder vorm van proces de knieën niet te hoog op te trekken en de beenen niet te kruisenWel degelijk houdt hij de schouders vierkant en heeft hij twee punten in zijn oog dit laatste met het kennelijk doel" „Verder, verder" hijgde de jonge vrouw, eenige arm- en rompbewegingen makende. „Ik constateer verder, dat wel degelijk de hiel van den achtersten voet niet eerder wordt opge licht, dan wanneer de voorste voet op den grond komt. Ik releveer hierbij nog, dat dit bericht op eigen waarneming berust." Even zweeg de jonge vrouw dan straalde een innig-tactische blik uit haar gazellenoogen en met een schalksch lachje sprak ze „Waarde Herberthebt ge wel gedacht aan de atmospherische invloedendie werkelijk van merkbaren invloed op uwe waarnemingen kunnen zijn.?" Des grijsaards trouwhartige oogen werden somber en spijtig klonk het: „Wel hebt gij gelijk, mij daaraan te herinneren. „Waarde Herbert mijn bedoeling was waarlijk nietU te kwetsenHoe zou ik Uden hoeder mijner zwakke jeugd, den trouwen, trouwen..." „Edele vrouwe", fluisterde de grijsaard ontroerd;

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1911 | | pagina 209