T nkwartiering1
Kaarsrechtals langs een liniaal getrokkenlag
de stoffige grindweg voor hen. Brandend heet
scheen de zonthans op haar hoogtepunt gekomen.
Links en rechtszoover het oog reikteweilanden
niets dan weilandenwaarop koeien lagen te
herkauwen met bewegende bekken en nerveuze
staartbewegingenom aan de ondragelijke vliegen
plaag een einde te maken.
Langzaam schoof de zwarte streep mensclien
over den glinsterend witten weg. Geen geluid
haast hoorde men. behalve 't onafgebroken geschuifel
van zoolleer op grind; 't leek wel of geen twee
voeten tegelijk neer kwamen.
Hier en daar zag men een bonten zakdoek over
een bezweet gelaat vegen; telkens namen man
schappen 't geweer op den anderen schouder.
Soms een pijnlijk trekken der mondhoeken en
een onderdrukte vloek, als een branderig pijnlijke
voet op een brutaal, scherp steentje trapte.
Voorwaarts, steeds voorwaarts, niet rusten, niet
omkijken. Soms zakte een dier droevig gebogen
figuren ineenbleef onbeweeglijk liggende anderen
liepen door, te moe om te kijkente onverschillig 0111
te willen weten wie het was; verder, steeds verder.