52
Ab I lieeft les in de loods.
De oudste brengt rapport uit: „X ontbreekt.
Luitenant."
Jonker X komt in den looppas aan, in de linker
hand 'tonafscheidelijke eindje sigaar:
„Present Luitenant, zal ik m'n sigaar maar zoo
lang in 't krijtbakkie legge?"
Onze Vos verliest noch z'n haren
noch z'n peukie.
Lichting 1902 aan 't tirailleeren:
„Als de kinderen Pa zóó zagen, zouden ze
denken, dat-ie gek geworden was!"
A s s a u t K. O. S. B.
„En wat willen jullie nu gebruiken?"
„Nou Luit., geef '11 flessie sampanje weg, 't is
toch voorgeef!"
Uit de rij 1 es.
Nou maar zeg, in galop draaft 12 veel lekkerder,
hoor
Van de bekende volksstammen.
De rem van 7 cM. Veld is uit elkaar gehaald,
de veeren liggen op tafel.
„Hebben de veeren nu ook voorspanning,
luitenant?"