LXXYI
niet altijd even prettig! Maar, als we 's Zondags
avonds na vijven met de „Club" ergens réunie
hielden en de geestrijke eetwaren in blijde stroomen
vloeiden (o wee, die Maandagmorgenswanneer
we op de heerlijkste zomerdagen, die ge u denken
kunt, met het Herzliebchen op onzen Bredaschen
Ganges spelevaardenals alle Bredasche tennisbaan-
hokjes weergalmden van onzen pikanten flirt, ja,
dan voelden we ons gelukkig, dan voelden we ons
mensch
En dan de vacanties! als je (bijna) allen met
tasschen, koffers, jassen, fietsmantelsviool-,
guitaar- en mandolinekisten, hockey-stokken, tennis
rackets en fotografietoestellen in je eene, en de
opengevouwen verlofpas in je andere hand, staat
queue te maken voor de dure binnenpoort (de
vacanties beginnen bij ons op de minuutals
't dan eindelijk zeven en een kwart minuut over
vier is, en de dure poort met breed gebaar zich
opent, en je door 't Valkenberg-deurtje mag,
omdat je trein negen minuten later vertrekt als
je een paar uur later bij den ouderlijken haard zit
en 'n glas port vóór 't eten krijgt och, dan is de
K. M. A. toch zoo kwaad nog niet; dan ben je weer
twee weken meneer en sla je een reuzengat in
Pa's sigaren voorraaddan zie je de oude kennissen
van de H. B. S. en van de voetbalclub terug en hoort
hen geweldig opsnijden over 't studentenlevenover
hun kast en hun kroeg en hun reuzenfuivenen
als .je dan zoo terloops vraagt, of ze corpslid zijn,
dan zeggen ze heel zachtjes: „Och, dat doet bijna
niemand meer