LXXX Maar op den dertigsten April was dit alles ver geven en vergeten. De eerste verjaardag van ons Prinsesje was voor ons de aanleiding tot 't vieren van een feest, dat „al wat er in de stad smaak bezat" deed opgaan naar Concordia, dat, op de meer en meer gebruikelijke wijze versierd, een feestelijken aanblik bood. Het was een bont ge wemel van uniformen, toiletjes dernier cri en veelsoortige civiel-avond-kleedijen ons hart zwol van trots bij de gedachte, dat dit alles ge komen was om te zien en te liooren onze praestaties, om met ons te dansen en om met ons te soupeeren. Het strijkorkest van Sempre Crescendo, bij enkele nummers versterkt door eenige koper-instrumenten (het puikje van de blaasmoffen) bracht een werkelijk onberispelijk programma ten gehoore. De Acade mische parterre-acrobaten verrichtten wonderen van vlugheid, durf en kracht, daarna zagen we een paar zeer interessante partijen sabel, degen en geweer. En toen.... nu ja, 't is nu eenmaal gebeurd, maar we verwachten ten stelligste, dat een volgende maal de censuur wat strenger is. We hebben hier op 't oog een tooneelstukje in twee bedrijven made in Holland dat krioelde van Duitsche officieren; toen we het zagen en ons geweld aandeden het te volgen, zooals zoo velen in de zaal, toen kwam onwillekeurig dat zinnetje uit 't sclieikunde-dictaatover stikstof ons in de gedachtekleurloosreukeloossmakeloos G-elukkig maakte het bal alles weer goedmeer dan dathet was enorm geanimeerdhet souper evenzeer. En toen we vroeg in den morgen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1911 | | pagina 86