XCI
K. M. A. verdedigeneen taak waarvan zij zich op
behoorlijke wijze kweten, door wederom den
wisselbeker te veroveren.
Na terugkeer in de oude Baronie, kregen zoowel
de gymnastiek als het schermen een kleinen prikkel
door de, op handen zijnde, wedstrijd en feestavond
der K. O. S. B. Er werd flink geoefendzoodat in
Februari weer met goeden moed de Haagsche
reis aanvaard kon worden. Jammer was het, dat
enkele van de beste schermers, door bijzondere
redenen, verhinderd waren mede te gaan. Helaas
bleek deze verzwakking onzer krachten noodlottig.
In den heftigen strijddie zich aan beide zijden
kenmerkte door groote fairheidwisten de adel
borsten op sabel en floret te zegevieren; ons vielen
de korpsprijzen voor geweer en degen ten deel.
Voldeed dus het schermen niet geheel aan de ver
wachting de gymnastiek daarentegen slaagde
uitstekend. Er werd keurig netjes gewerkt zoowel
bij de orde-oefeningen als aan de toestellen. Een
woord van hulde aan hen, die onzen goeden naam
hoog hielden en vooral van dank aan de leiders,
den Eerste-Luitenant Jhr. S. Laman Trip en den
WelEd. Heer Van Beveren, is hier zeer zeker niet
misplaatst.
In de nu volgende maanden scheen het wel
alsof de belangstelling voor de gymnastiek een
winterslaap hield. Zelfs de jaarlijksche onderlinge
wedstrijden waren niet bij machte deze te ver
levendigen en ook zelfs de door den N. B. v. L. O.
welwillend uitgeloofde medailles hadden weinig
invloed. Het succes op den feestavond van den