HAAR GEHEIM.
Aan A. H. v. B.
Het matte winterzonnetje scheen reeds lang
door de dunne vitrage van Tom van Helm's
slaapkamerde zware overgordijnen hingen op
non-actief langs de raamposten. Dat was Tom's
truck. Als-t'-ie vacantie had, wilde hij zoo lang
mogelijk profiteeren van de weelde van zijn vrij
heid wat zijns inziens o. a. in de eerste plaats
moest worden bevorderd door een vroegtijdige
reveille. Daarom wilde hij den nacht niet kunst
matig verlengen door middel van de ondoorzichtige
gordijnen.
Dus speelde reeds lang 't December-zonnetje
met 't schilderachtig milieu van Tom's slaapsalet.
Helaas, z'n truck faalde dezen eersten keer al.
Niets in 't kamerke verbrak de heilige stilte van
den morgenbehalve 't ademhalen van den be
woner; dit was van een regelmatigheidzooals
die alleen door een ras-militair kan gepresteerd
worden.
't Was ook knap laat geworden, gisteravond.
Hoe zou 't ook anders kunnen gaanden eersten