60 wilt. Jij vindt, en misschien heel terecht, dat de vrouw sterk genoeg is om zich door 't leven te slaan; zeker, dat heeft ze ook dikwijls genoeg bewezen, maar wat haar mankeert, wat haar te allen tijde zal blijven ontbrekendat is een mime, alles omvattende blikde moed tot het snel nemen van een besluit, de koelbloedigheid en vastheid van handalle eigenschappenonont beerlijk voor den handelsman, den officier, den chirurg, den staatsman." „Maar Tom, ik geef direkt toe dat er altijd beroepen zullen blijven, waarvoor de vrouw niet geschapen is, maar die moeten op den duur toch wel tot een minimum beperkt worden. Natuurlijk zal een vrouw nooit politie-agent of zoo iets kunnen zijn, maar dat zijn toch ondergeschikte kwesties, die het groote beginsel nimmer zullen doen ondergaan." „Goed Suus, ik wil gaarne aannemen, dat voor vele beroepen de vrouw minstens even geschikt is als de man, maar resumeerende blijf ik toch bij m'n opinie, dat de vrouw in de maatschappij nooit dezelfde plaats zal innemen als de man. De vrouw! Voor ze dat was, heette ze meisje! Welk een geweldig verschil bestaat daartusschen Welk een verandering grijpt er niet plaats in de vrouw na haar huwelijk Hare levenswijzehare wijze van beschouwen en beoordeelen van de meeste maatschappelijke zaken wordt zoo geheel anders. Volgens mij kan een vrouw, als ze eene eenigs- zins verantwoordelijke betrekking vervult, deze na haar huwelijk niet meer naar behooren waar-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1912 | | pagina 206