gedetacheerd bij de IP Afdeeling der Krijgsschool,
welke detacheering werd gevolgd door een een
jarige bij het Wapen der Cavalerie en vervolgens
door een werkzaamstelling gedurende een jaar ten
bureele van den Chef van den G-eneralen staf. Op
1 October 1S88 werd de Luitenant de Booy gede
tacheerd bij het 1ste Regiment Veld-Artillerie, om
21 Maart 1889 bij dat regiment te worden over
geplaatst. Na eenigen tijd bij een batterij te hebben
gediend, werd hij met ingang van 24 September
1890 benoemd tot adjudant bij zijn korps, welke
betrekking hij vervulde tot 1 Mei 1891toen hij
werd gedetacheerd bij het Departement van Oorlog.
Aldaar was hij werkzaam tot 1 Maart 1898, datum
van terugkeer naar zijn korps.
Zijn bevordering tot kapitein28 Augustus 1895
bi acht overplaatsing mede naar het 3de Regiment
Vesting-Artilleriebij welk korps de Kapitein de
Booy diende tot 9 Augustus 1897, toen hij werd
bestemd om te worden toegevoegd aan den Com
mandant der Bereden Artillerieonder overplaatsing
bij den Staf van zijn Wapen. Van 23 April 1900
tot 12 November 1904 diende hij voorts bij den
Generalen Staf, en vervolgens tot 1 October 1907
(datum van bevordering) bij het 1ste Regiment
Veld-Artillerie.
De Majoor de Booy ving zijn dienst als hoofd
officier aan als Commandant van de II9 Afdeeling
van het 4de Regiment Veld-Artillerie, welk com
mando hij met ingang van 1 November 1909
verwisselde met de betrekking van Eerste-Offïcier
bij de Koninklijke Militaire Academie, in welke