en Cloppenburg en wenschte zich in een fijn cofi-
fectiepak te zien.
En de eerste coupeur van do firma P. 0.
kwam uit de paskamer en sprak„het zij gelijk
gij gezegd hebt."
En hij liep in een bullenpak en zwaaide met
zijn rotting.
En de Bredanaars gingen waar zij wilden en
stapten naar den trein. En tevreden was hij niet.
Hij zuchtte en riepik wenschte ook naar den
trein te kunnen gaan; dien Bredanaars is macht
en rijkdom gegeven boven mij". En tevreden was
hij niet.
Maar hij ging even langs mijnheer Hille en
kocht zich cigaretten en toen kon hij op reis gaan.
En hij spoorde naar den Haag en flaneerde langs
de straat.
En een luitenant van den inwendigen dienst
van de Academie stelde zich voor hem en sprak:
„Cadet Stakkerwat loop jij hier in burgerkleeren
En hij was het gefopte haasje. En tevreden was
hij niet.
En hij werd toornig en riep: „ik wenschte niet
gesnapt te zijn."
En er kwam geen engel uit den hemel die
zeide: „het zij gelijk gij gezegd hebt"; maar wel
zei de luitenant, dat hij als de bliksem naar Breda
had te gaan en zich had te melden.
En hij ging naar Breda en hij meldde zich en
hij werd in de pot gedouwd.
En tot op den vierden dag schreeuwde en trapte
hijmaar het hielp niets en hij hoorde de reveille