DE INKWARTIERING. (Een verhaal uit de oorlog van 1870). De gloeiende Augustuszon had gedurende den geheelen dag de arme, naar regen snakkende, aarde onbarmhartig geblakerd. De hitte was onver- dragelijk geweest en de slanke populieren aan weerszijden van den langen, rechten straatweg hadden slechts weinig beschutting kunnen verleenen aan de vermoeide, dorstige ruiters, die na den langdurigen marsch niet minder dan hun paarden naar rust begonnen te verlangen. In langzamen stap en geheel in een wolk van stof gehuld, vervolgde het eskadron zijn weg. De stemming was gedrukt, en geen wonder: van den vijand was niets te bespeuren en het flauw golvende landschap was eentonig en kaal, zoo ver het oog reikteslechts hier en daar onderbroken door een rij boomen langs den een of anderen landweg. De weinige bewoonde oorden, die men gepas seerd waswaren niets meer dan kleinearmoedige vlekken geweest, waar niets te krijgen was en die men daarom na een kort oponthoud weer verlietin de hoop elders iets beters te vinden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1913 | | pagina 185