4? Zachtjes klopte hij tegen de ruiten. Verschrikt wendde ze het hoofd om en hem voor het raam ziende staan, sprong ze op en snelde er heen. Blijdschapmaar ook angst teekenden zich op haar gelaat, toen ze het venster opende. Marielaat mij binnenik wordt achtervolgd was alles wat hij kon uitbrengen en toen ze geen bezwaar maakte, sprong hij vlug naar binnen, sloot het venster en liet het gordijn neer. Zwijgend keek Marie toe, doch toen hij, uitgeput door de overspanning van de angstige oogenblikkendie hij doorleefd had, op een stoel neerzonk, zeide ze zacht: „Ik was zoo bang, toen ik al dat schieten hoorde, maar nu Goddank!" en ze slaakte een zucht van verlichting. Dit deed hem in eens weer overeind springen. Marie, zeg, was je bang om mij was het om mij, dat je schreide, toen ik voor het raam stond? Marie, spreek, mijn liefste!" en hij sloot haar in zijn armen. Zij liet hem begaan en terwijl ze haar kopje tegen zijn schouder liet rustenkuste hij haar de tranen uit de oogen en streelde heur haar. „Mijn lieveling". Op eens richtte zij zich verschrikt op„Hoor en toen hij eveneens luisterde, vernam hij in de verte het geluid van stemmen, dat langzaam scheen te naderen „O God, ze komen! Je moet weg vóór ze hier zijn!" riep ze in de grootste angst uit. „Maar waarheen?!" „Volg me, maar stil!" en zachtjes opende zij de deur welke toegang gaf tot

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1913 | | pagina 203