*7 oneffenheden, heuveltjes met struiken en boom groepen. En links lijnde de wegde breedestoffige weg. Ze lagen daar alle vier, speurend met wüjdopen- gesperde oogen in de zwarte nachtnevels, bij het minste verdachte geluid opschrikkend en de vingei brengend aan den trekker van het geladen geweer. Langen tijd bleven ze zoo. Toenplotseling zag Lamef hoe heel in de verte langs den breeden weg een zwarte vlek nadeido, even verlicht door de bleeke maanstralen. Hij wees zijn makkers de richting en allen wachtten tot weer de maan haar licht zou zendenen dieper nog wrongen ze zich in den mosbodem en tusschen de bladeren en takken. Eenigen tijd bleef het duister, tot eindelijk weer de aarde flauw verlicht werd. Slechts heel eventjes duurde het, maar juist lang genoeg om te kunnen zien hoe een breede, verspreid loopende afdeeling over de heide naderde. De mannen liepen op groote onderlinge afstanden, het geweer, met bajonet eropdragend in de rechterhand. Achter hen nu duidelijker zwart plekkend tegen den nacht hemel, marcheerden gesloten afdeelingen. De vier soldaten'in het boschje hielden hun adem in; vier harten klopten snel en onrustig. Ze be grepen maar al te goed dat het voor hen reeds te laat was om terug te gaan. Men zou hen zonder twijfel onmiddellijk ontdekken en neer schieten. Evenmin durfden ze te vurende vijand was te talrijk. Vertrouwende op hun prachtige schuilplaats, besloten ze daarom te blijven waar

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1913 | | pagina 233