79
alles snel begon rond te draaien, steeds sneller,
altijd door sneller. Even voelde hij de pijn in zijn
zijde hevigertoen viel hij in zwijm.
Toen Lamef zijn oogen weer opende, werden ze
getroffen door een vreeselijk sterk, geel licht, dat
hem verblindde. Haastig sloot hij ze weer en knipte
zenuwachtig met de oogleden. Hij probeerde zich
op te richten, maar een hevige steek in zijn zijde
deed hem weer kermend neervallen. „Hij komt
bij", hoorde hij zacht een van zijn kameraden
zeggen.
Door zijn gesloten oogleden heen bemerkte hij
hoe het helle licht verdween. Hij opende zijn
oogen en zag hoe de korporaal gebogen stond over
hem heenterwijl een der soldaten met een zak
lantaarn zijn zijde belichtte.
Even tastte Lamef naar zijn wonde maar trok
schielijk zijn hand terug. Een lauw, kleverig vocht
bedekte zijn vingers. Zijn strijdmakkers poogden
hem gerust te stellen, zeiden met een stem, die
ze trachtten opgewekt te doen zijn, dat het niets
te beteekenen haddat het slechts een huid wond
was die spoedig zou genezen. Maar Lamef voelde
maar al te goed dat hij zeer zwaar gekwetst was
en hij glimlachte flauw en treurig.
Toen overviel hem opnieuw een gevoel van on
eindige zwakte en duizelig sloot hij zijn oogen
Toen de wond van den gekwetsten makker zoo
goed mogelijk verzorgd en verbonden was, zetten
de drie soldaten zich aan den rand van het struik
gewas neder om te beraadslagen. De duisternis