100 „Tijd Jonkers!" (slaapzaal om 4 uur 40 min.). Z'ontsloot een schrijn en greep een hoed, En tastte in haast naar kindergoed. Voorschrift velddienst. Luit.: „Wat is een oleaat?" Baar: „Een oleaat... Luit, een oleaat is een zout van een oliezuur". Uitdrukken van gedachten. Cadet tot Bokkie: „Hoe kom jij aan zoo'n groote kepi?" Bokkie: „Joa, kiprol, ik heb zoo'n verschrikke lijke achteruutkop Algemeene velddienst. Het legher treckt in met duizendeneen macht Zoo groot als Waterlant noch oit te velde bracht. Gijsbrecht van Amstel. Bij In wordt vertelddat de Landstorm met een 11 mM. geweer zal worden bewapend. Zeker iemand: „Luit, past daar ook de munitie van M. '95 op?" Historisch

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1913 | | pagina 256