Jaarverslag 1911-1912,
O, wat heb ik 'n spijt, dat ik altijd zoo'n haat
heb gekoesterd tegen de bioscope
Wat zou ik er nu wel voor willen geven om
even zoo'n film voor U te laten afdraaien! Ach,
eigenlijk was die haat ook zoo heel sterk niet,
maar toch houd ik er niet van om zoo'n geheelen
avond in het donker te zitten. Men ziet er eigenlijk
altijd hetzelfde en toch komt er steeds een volgende
projectie.
Een „meneer" met een mooie pet en jas dik
bedekt met gouden of zilveren galons een rood
gordijn met kwastjes, een donkere zaal, een
explicateur, die iederen avond even geestig probeert
te zijnwat tabaksrook en een handjevol menschen
ziedaar de hedendaagsche bioscope.
Die haat ik heusch alleen maar en niet die
onschuldige film. Vooral niet die eene film die
U het wel en wee zou laten zien van de K. M. A.
gedurende den cursus 1911'12. Helaasik heb het
verbruid. Er moet hier echter een opname zijn ge
daan onder de poortop de brugop het binnen
plein; zij moet er zijn geweest.