CXXI ringen ook over iets anders clan luie stoelen, die we ons zélf niet mochten aanschaffen. Een voor- loopig plan aansporingen tot fanatisme vrij van diensturen. Tot we dan een week na Paschen in buitenmodel door de veranda, den wintertuin sjouwden en onder het baldakijn door de kleine billardzaal binnen wandelden, aangelokt door de zoete klanken: „oh my beautiful doll!" en „Pupp- chen", die in cle mode waren. Daar werden een uurtje later de députés ontvangen. Daar klonken de drie hoe ra's van den eersten dronk van majoor van de Pol. Daar werd nog veel meer geklonken aan de souper-tafelsdie er zoo gezellig uitzagen ze waren het ook. We herinneren ons nog de bonnetjes en de menu's die nu vol handteeke- ningen te vinden zijn tegen de deur van een boekenkastje als laatste overblijfsel van al dat moois. Want die emoties zijn ons voorbij ge trokken van de plechtige klanken van het Cadetten- lied „allen op het tooneel" tot de taartjes achter de coulissen toe. Maar de herinnering zal blijven van dat assaut, waarvan de majoor op het corpsdiner gezegd heeft „het is alles goed geweest". En vergeten we dan ook niet één enkelen van cle velen te herdenken, aan wien we vóór gillen het slagen van dit feest te danken hebben. We weten allenwien het geldt. Hoe hij den Senaat steunde in zijn werkhoe hij van uit zijn hoekje achter het scherm den boel vlot deed loopen hoe hij niet alleen adviseur was, maar ook met terdaad naast ons stond. Kapitein Blaauw, in onze herdenking van het laatste jaar, behoort een

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1914 | | pagina 133