44 hemel. De maan verhief zich langzaam en statig boven de duinenrij, die zich nu grillig afteekende tegen den lichtenden achtergrond. De nachtkoningin overgoot weldra met haar matte stralen, die mij zoo weemoedig stemden, het strand en tooverde daarop die zilverwitte glansalof wij over een tapijt van wit fluweel voortschreden. Toen heb ik haar bekend mijn innig geheim, ik kon het niet langer voor mij houden: het jubelde in me; toen ze zich met haar helder stemmetje tot mij vooroverboog om mijn woorden te beamen was 't als zong zij die woorden op de melodie der eeuwig voortstu wende zee. En ik heb haar gekusten nogmaals gekust op haar zachte wangen en haar blank voor hoofd haar gewiegd in mijn armen. Heerlijk was die avond; toen èn de sterren èn de zee, jade ge- heele natuur zich beijverde om in de goddelijke stemming van onze zielen geen wanklank te brengen. „Geeft acht", brulde de surveillant. Te laat, langzaam ging het hemelsche kopje van mijn sweetheart over in het echt aardsche, strenge, koude gezicht van den luitenant van piket. 8.50 bij den C.O. komen Geen verlof aanstaande Zondag „Fair thee well thy fairy girl" 't Lamplicht suizelde De idioten om hem heen grinnikten Hamédek.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1914 | | pagina 196