62
steeds veiliger voelend in eikaars liefde, en eerst
schuchter en verlegen, later zekerder, hadden ze
elkaar de liefste en teederste herinneringen uit
hun korte leven toevertrouwd.
Hij, de jonge officier, leerde weldra nog vele
andere, tot nu toe zonder veel belangstelling be
schouwde zaken, hoogschatten. De liefde, die zijn
Darja gevoelde voor kunst, deed hem de oogen
opengaan. Hij bewonderde zijn jonge verloofde,
als hij haar lieve, heldere meisjesstem hoorde
spreken over kunst en schoonheid.
Ze was zoo ontwikkeld op elk gebied. Zonder
eenigen schroom gaf ze haar oordeel over de groote
vraagstukken van het leven.
Eens, toen ze samen over hun huwelijksplannen
hadden gebabbeld, bracht hij plotseling het gesprek
op de liefde.
Hij vertelde haar, dat hij vóór zijn liefhebben
zich zoo eenzaam gevoeld had, dat hij iets als een
leegte had gevoeldvóór hij haar ontmoette. En
toen vroeg hij haar: „Dasja, denk jij ook niet, dat
liefde niets anders is als een gevoel, een zalig,
alles overtreffend gevoel, dat ontslaat doordat twee
zielen met onweerstaanbare kracht naar elkander
worden gedrongen eli dat het stoffelijk omhulsel,
ons lichaam, geheel buiten dat gevoel staat?"
Zij had kalm geluisterd, haar hoofd steunend
tegen zijn schouder en met haar grootesprekende
oogen had ze de zijne gezocht.
Toen sprak ze„NeenAlex dat geloof ik niet.
Wèl dat eerste, dat liefde is een toenadering der