EENZAAM. Er was weer een heelen tijd verloopen sedert zij elkander het laatst gezien hadden. Nu zaten ze gezellig naast elkaar in Centraal te kijken naar de aangenaam aandoendevoorbij woe lende, Haagsche menigtete luisteren naar het joe lende straatrumoerhet snerpende tikken der elec- trische trambellen, en het opzoemen van de motor wagens. De laatste nieuwtjes werden over en weer uit gewisseld en grootere gebeurtenissenwaarover zij schriftelijk reeds voeling hadden gehouden, werden nu mondeling verder uitgewerkt. Af en toe werd het gesprek even afgebroken, een kennis gegroet of voor een belangrijk moment de voorbij-schuivende menigte becritiseerd. Eindelijk echter had de conversatie een punt be reikt, waarop het vlotloopen even horttewaarop de oppervlakkige nieuwtjes niet meer als een aaneen geschakelde vloed voortvlogen. Dat eigenaardige punt, waarop men hapert, en dat een beslissing over het al of niet diep gaan van het verdere gesprek brengt. Peinzend starend even lurkend aan de thee, waren reeds eenige oogen-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1914 | | pagina 232