De orde van Oranje-Nassau. CXIIÏ Het lint is Nassausch blauw met twee smalle oranje strepen. Het teeken van onderscheiding is: Voor Grootkruizenhet ordeteeken aan de zijde, waarop de spreuk: Virtus Nobilitas" gevonden wordt, zonder kroon, op gouden ster op den rok geborduurd aan den linkerzijde en het juweel der orde aan een lint, vier vingers breed: „en écharpe". Voor Commandeurs: het ordeteeken als voren geborduurd op den rok zonder sterdoch met kroon en het juweel aan een lint van drie vingers breed „en sautoir". Voor Ridders: het ordeteeken aan een lint van twee vingers breed aan het knoopsgat. Zijdie zich door nuttige daden, door zelfopoffering of door andere blijken van menschlievendheid een onderscheiding waardig makenkunnen onder den naam van „Broeders" aan de orde verbonden worden. L>e Broeders genieten eene jaarlijksche toelage van 200, die voor de helft overgaat op de weduwe. De Broeders dragen in plaats van een kruis een zilveren medaille, aan de eene zijde het zinnebeeld der orde en aan de andere zijde hare spreuk, han gende aan een Nassausch blauw lint van H/s duim breedte en een oranjestreep in het midden. Ingesteld bij de wet van 4 April 1892. Zij strekt tot, vereerende onderscheiding van Nederlanders of vreemdelingen, die zich jegens de Kroon, de Staat 8

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1915 | | pagina 121